Over besnijdenis
Ik heb een vraag over de besnijdenis. In 1 Korintiërs 7:17-24 staat iets, waar Sjaoel (Paulus; Red.) besnijdenis voor onbesnedenen niet nodig acht. Vers 24 geeft voor mijn gevoel een bepaalde conclusie. Graag een reactie hierop. Een andere vraag is: waarom moet je je alleen richten op bepaalde tekstgedeelten uit de Tora (Exodus) en niet op bepaalde tekstgedeelten uit het Beriet Chadasja (Nieuwe Testament; Red.). Ik hoop dat je me wat verheldering kunt verschaffen.
Geachte vrager,
Zoals u zult weten in het belangrijk om elk vers in de Bijbel in zijn context te lezen. Die context is uiteindelijk de hele Bijbel. Nu vind ik nergens in de Bijbel dat de Tora niet moet worden gehouden. Integendeel, Yeshua zegt dat Hij is gekomen om de Tora en de profeten te vervullen. En elk kind weet al intuïtief, dat wanneer een wet vervuld wordt, die wet steeds opnieuw vervuld moet worden. Zo kijkt geen kind er vreemd van op, wanneer een bal uit zijn handen op de grond valt en dat steeds opnieuw doet, wanneer die bal niet vastgehouden wordt. Het zou pas vreemd zijn, wanneer op een keer die bal niet meer viel, maar bijvoorbeeld begon te stijgen.
Een rabbijn als Yeshua die zegt dat de Tora vervuld dient te worden (Mat.5:19) zegt dat dus niet om die Tora te ontbinden (Mat.5:17). En dus kan Zijn volgeling, Sjaoel niets anders zeggen. Zo zegt Sjaoel bijvoorbeeld: “Want dit is de liefde van G’d, dat wij Zijn geboden bewaren. En Zijn geboden zijn niet moeilijk” (1 Joh.5:3). In 1 Kor.7:19 zegt Sjaoel, dat alle geboden moeten worden gehouden. Daar hoort besnijdenis bij.
Ik denk dat hij hier dus niet zegt: Niet laten besnijden. Maar ik geloof dat Sjaoel zegt: je moet niet besluiten om je alleen maar te laten besnijden, maar houd dan ook alle geboden. Dit is ook in lijn met Galaten 5:3, “Nogmaals betuig ik aan ieder, die zich laat besnijden, dat hij verplicht is de gehele Tora na te komen”. Ja’akov (Jakobus) bevestigt dat alle geboden aan elkaar hangen en niet te scheiden zijn: “Want wie de gehele Tora houdt, maar op een punt struikelt, is schuldig geworden aan alle geboden” (Jak.2:10).
Lion S. Erwteman