Niet alleen de Bijbel volgen, zegt de Bijbel
In dit artikel onderbouw ik ook in dit deel 2 mijn stelling, dat wanneer iemand beweert “alleen de Bijbel” te volgen, deze in werkelijkheid niet de Bijbel volgt. Waarom? Omdat de Bijbel ons opdraagt veel externe autoriteiten te volgen. Ik tel zeven autoriteiten die de Bijbel ons zegt te gehoorzamen en ik noemde er in deel 1 al twee: ouders en echtgenoten. Verder moeten we voor Joden, inclusief Joden die Yeshua volgen, het feit accepteren dat het Jodendom niet alleen door de Bijbel wordt gedefinieerd. De Bijbel gebruikt het woord ‘kosjer’ niet. Er is geen “synagoge” in de Bijbel. We weten niet eens dat er een “Messias” zal zijn, zonder de ontwikkeling van dat idee dat pas na de Babylonische ballingschap, in de rabbijnse en andere Joodse literatuur, duidelijk is geworden. We gaan nu verder kijken naar wat de Bijbel zegt over naar wie we moeten luisteren.
Werkgevers
Hoewel de moderne samenleving geen slavernij toepast, kan het een model zijn voor de relatie tussen werkgevers en werknemers. We mogen onze bazen wel of niet leuk vinden. De Bijbel neigt er echter toe respect voor gezag aan te moedigen voor het algemeen welzijn van de beschaving. Ja, er zijn uitzonderingen, en ik kom daarop terug. Petrus vertelt ons het gezag van meesters te respecteren, of ze nu vriendelijk zijn of niet, “Slaven, aanvaard het gezag van uw meesters met alle respect, niet alleen degenen die vriendelijk en zachtaardig zijn, maar ook degenen die hard zijn” (1 Petrus 2:18). Paulus geeft soortgelijk advies: “Slaven, gehoorzaam uw aardse meesters met respect en beven, in eenvoud van hart, zoals u de Messias gehoorzaamt. Niet alleen met je ogen, om beleefde te zijn en om hen te behagen, maar als dienaren van de Messias, die de wil van G’d doen vanuit het hart” (Efeziërs 6:5-6). Werkgevers hebben ook geen toestemming om maar te doen wat ze willen. Zij dienen ook G’d en hun gezag komt van Hem. Paulus vervolgt in vers 9: “En meesters, doe hun hetzelfde. Stop met hen te bedreigen, want jullie weten dat jullie allebei dezelfde Meester in de hemel hebben. En bij hem is er geen partijdigheid.”
Gemeenteleiders
Een andere buiten-Bijbelse autoriteit is het leiderschap van onze aanbiddende gemeenschappen. De auteur van de Brief aan de Hebreeën instrueert zijn lezers: “Gehoorzaam uw leiders en onderwerp u aan hen. Want zij waken over uw zielen en zullen rekenschap afleggen. Laat hen dit met vreugde doen en niet zuchtend, want dat zou schadelijk voor u zijn” (Hebreeën 13:17). De opdracht van Paulus aan de leiders van de gemeente in Efeze is, dat zij voor hun mensen zorgen. G’d heeft hen voor dit doel aangesteld en hun relatie met de mensen moet gebaseerd zijn op liefde en mededogen, “Waak over uzelf en over de hele kudde, waarover de Heilige Geest u tot opzieners heeft gemaakt, door de gemeente van de Eeuwige, die hij heeft verkregen door het offer van zijn eigen Zoon, te weiden” (Handelingen 20:28). Petrus voegt eraan toe: “Wees niet de baas over degenen onder uw hoede, maar wees een voorbeeld voor de kudde” (1 Petrus 5:3). Leiderschap mag nooit een excuus zijn voor misbruik. Leiderschap is dienstbaar. Het beste leiderschap doe je door het goede voorbeeld te geven.
Burgerlijke overheid
De Talmoed leert dat Joden de wetten van het land, waarin ze wonen, moeten gehoorzamen, evenals onze halacha. In Baba Qama 113b zegt Shmuel: “De wet van het koninkrijk is de wet. Rava zei: Weet dit van het feit dat de autoriteiten palmbomen kappen zonder de toestemming van hun eigenaren en bruggen bouwen, en toch steken we ze over.” We zouden kunnen denken dat de burgerregering slecht is, of op zijn minst afwijkt van de waarden van G’d. Niettemin worden we door de apostelen en door Yeshua geïnstrueerd hun te gehoorzamen. Yeshua zei: “Geef aan de keizer wat van de keizer is en aan G’d wat van G’d is” ((Matteüs 22:21). Petrus schreef: “Eer iedereen. Houd van de familie van gelovigen. Vrees G’d. Eer de keizer” (1 Petrus 2:17). En Paulus geeft meer uitleg: “Laat iedereen onderworpen zijn aan de regeringsautoriteiten; want er is geen autoriteit behalve van G’d. En de autoriteiten die er zijn, zijn ingesteld door G’d. Daarom, wie zich verzet tegen gezag, verzet zich tegen wat G’d heeft aangewezen. En degenen die zich verzetten, zullen het oordeel op de hals halen. Want heersers zijn geen verschrikking voor goed gedrag, maar voor slecht. Wilt u niet bang zijn voor de autoriteit? Doe dan wat goed is en u zult zijn goedkeuring krijgen” (Romeinen 13:1-3). Paulus’ instructie is voor het Romeinse rijk. De Romeinse overheid bestond uit afgodendienaars en was meedogenloos. Ze waren geen vrienden van de Joden of de vroege volgelingen van Yeshua. Maar toch wordt ons verteld, dat we ons aan hen moeten onderwerpen.
De priesters en de rechter
De Tora voorziet in rechtszaken die kunnen ontstaan, waar de lokale rechters en rechtbanken niet over kunnen beslissen: “Wanneer een zaak voor u te moeilijk is om daarin uitspraak te doen, in geval van bloedschuld, geschil of lichamelijk letsel – aanleidingen tot rechtsgedingen in uw steden -, dan moet u zich begeven naar de plaats die de Eeuwige uw G’d zal uitkiezen. U moet gaan naar de levitische priesters en de rechter, die er dan zal zijn en hen raadplegen. Zij zullen u hun rechterlijke uitspraak bekendmaken” (Deuteronomium 17:8-9, zie ook 10-12). Merk op dat de Tora niet zegt, dat G’d hen het antwoord zal geven. Hij laat de uitspraak in de handen van mensen. Bovendien zijn we verplicht de uitspraak van de priesters en de rechter te gehoorzamen. En wie dat niet doet, moet worden geëxecuteerd. Hier is een serieuze buiten-Bijbelse autoriteit, die door de Tora wordt aangewezen. Dit is een deel van de basis voor Mondelinge Tora die naast de Geschreven bestaat; en ook voor het Sanhedrin, dat het Hooggerechtshof van Israël was in het tijdperk van de Tweede Tempel.
Mondelinge Tora
Mondelinge Tora was een twistpunt tussen de verschillende Joodse sekten in de tijd van Yeshua. De Sadduceeën accepteerden de geldigheid van de mondelinge Tora niet. De Essenen hadden hun eigen Mondelinge Tora. Ik heb in een ander artikel geschreven over Yeshua’s houding ten opzichte van Mondelinge Tora. Yeshua gaf Zijn onderwijs zowel binnen het kader van Mondelinge als de Schriftelijke Tora. Net als andere rabbijnen van Zijn tijd, besprak en Hij mondelinge wetten en debatteerde daarover. Hij was het met sommigen eens en met anderen oneens. Maar Hij zei nooit, dat er geen mondelinge Tora is, of dat we alleen de Schrift moeten volgen.
Rabbijn Hillel
Hier is een beroemd verhaal over Hillel en hoe hij een proseliet overtuigde om hem te vertrouwen in het leren over mondelinge Tora. Onze rabbijnen leerden: Een zekere heiden kwam eens bij rabbijn Shammai en vroeg: ‘Hoeveel Torot heb je?’ ‘Twee’, antwoordde die, ‘de Geschreven Tora en de Mondelinge Tora.’ ‘Ik geloof u met betrekking tot de Geschreven, maar niet de Mondelinge Tora. Maak me een proseliet op voorwaarde, dat u me alleen de Geschreven Tora leert.’ Maar hij schold hem uit en gooide hem woedend de deur uit. Toen hij naar rabbijn Hillel ging, accepteerde die hem wel. Op de eerste dag leerde hij hem, alef, bet, gimmel, dalet (de eerste vier letters van het Hebreeuwse alfabet). De volgende dag keerde hij de volgorde om. ‘Maar gisteren heeft u ze me niet zo geleerd,’ protesteerde hij. ‘Zie je dat je me moet vertrouwen? Vertrouw dan ook op mij met betrekking tot de Mondelinge Tora.’ Zelfs het alfabet is een kwestie van mondelinge overlevering; men moet het van een leraar leren. We moeten niet denken dat de Bijbel de enige bron van kennis over G d is.
Als een autoriteit ons beveelt te handelen in strijd met de bevelen van G’d
Dus, wat doen we als een van deze autoriteiten ons probeert te dwingen iets te doen tegen de geboden van G’d? Mijn eerste reactie is om te vragen: wat als ze dat helemaal niet doen? Want het komt vrij zelden voor dat iemand zich in een positie bevindt, waarin hij moet kiezen tussen gehoorzamen aan een menselijke autoriteit of gehoorzamen aan G’d. Ja, het komt wel eens voor, maar dat is normaal niet zo. We moeten het idee accepteren, dat G’d over het algemeen wil, dat we menselijke autoriteit gehoorzamen. Het komt echter wel voor, dat iemand ons opdraagt te stoppen met het volgen van geboden in de Tora. We hebben beroemde gevallen in onze eigen tijd van landen, die besnijdenis of kosjer slachten willen verbieden. Er zijn mensen die het dragen van een kipa (hoofdbedekking voor een man) of tsitsiet (gedenkkwasten) op een werkplek willen verbieden. Wat moet je dan doen?
Leib Reuben
Jeruzalem