Tekort aan water
Eind januari gaat de Toralezing onder meer over watertekort. Dat is een probleem waar de aartsvaders ook mee te maken hadden, met hun putten. In de woestijn komt water niet zo gemakkelijk in je drinkbeker als in je keuken thuis of op de camping. In de lezing van 30 januari komen twee van de drie keren voor, dat er een tekort aan water is en dat die tekorten worden opgelost door een wonder. De eerste, bij Mara, staat te lezen in Sjemot (Exodus) 15:23-24, waar wel water was, maar niet drinkbaar: “Zij kwamen aan in Mara. Maar zij konden het water van Mara niet drinken, omdat het bitter was. Daarom gaven zij de naam Mara. De mensen dienden een klacht in tegen Mosjee. Ze zeiden: Wat moeten wij drinken?” Mosjee hoort de terechte klacht aan en vraagt de Eeuwige om hulp en die geeft aan wat er moet gebeuren: “Mosjee riep luid tot de Eeuwige. En de Eeuwige toonde hem een boom. Hij wierp deze in het water en het water werd zoet” (vers 25).
Twisten met de leider is G’d testen
Direct daarop volgend wordt de opmerking gemaakt, dat de Eeuwige aan Israël op die plaats inzettingen en verordeningen geeft en hen daarmee test. Die geboden waren de opdracht met de rode koe, de opdracht om Sjabbat te houden en een aantal wetten voor goed burgerlijk gedrag. De tweede gelegenheid waar een tekort aan water dreigde, was Refidiem. Dit was vlak bij de berg Chorev (Horeb): “De hele vergadering van de Israëlieten brak daarna op uit de woestijn Sien. Ze trokken van pleisterplaats naar pleisterplaats, op bevel van de Eeuwige. Ze legerden zich te Refidiem, maar daar was geen water voor het volk om te drinken. Het volk begon met Mosjee te twisten. Ze zeiden: Geef ons water, zodat wij kunnen drinken. Maar Mosjee zei tegen hen: Waarom twisten jullie met mij? Waarom gaan jullie de Eeuwige testen?” (Exodus 17:1-2).
Water uit de rots geslagen
De mensen hadden daar dorst en wilden water hebben. Zij dienden een aanklacht in tegen Mosjee en zeiden: Waarom heb jij ons uit Egypte weggevoerd, om mij, mijn kinderen en mijn kudde van dorst te laten omkomen?” (vers 3). Ook daar gaf de Eeuwige aan wat Mosjee moest doen. Maar eerst vroeg Mosjee aan de Eeuwige om raad: “Toen riep Mosjee luid tot de Eeuwige. Hij zei, Wat moet ik met dit volk doen? Nog een ogenblik en zij gaan mij stenigen! De Eeuwige zei tegen Mosjee, Ga voor het volk uit en neem enige van de oudsten van Israël met je mee. Neem ook de staf, waarmee je de Nijl geslagen hebt, in je hand en ga. Kijk, Ik zal daar vóór jou gaan staan, op de rots in Chorev. Jij moet de rots slaan en dan zal daar water uit tevoorschijn komen; en de mensen zullen drinken. Mosjee deed dat terwijl de oudsten van Israël toekeken” (verzen 4-6).
De voorgeschreven manier
Er is nog zo’n gelegenheid waarop er niet genoeg water was. Dat was de plaats Kadesj, waarschijnlijk in de noordelijke Sinaï woestijn: “De Israëlieten, de hele vergadering, kwamen in de woestijn Sien, in de eerste maand. En het volk verbleef te Kadesj. Mirjam overleed daar en werd daar begraven. … Mosjee en Aharon lieten de gemeente voor de rots bij elkaar komen. En hij zei tegen hen: Luister alsjeblieft, jullie rebellen. Zullen wij water uit deze rots voor jullie tevoorschijn laten komen? Toen deed Mosjee zijn arm omhoog en hij sloeg de rots met zijn staf twee keer. Er kwam veel water uit, zodat de vergadering kon drinken en ook het vee” (Numeri 20:1, 10-11). Deze handeling kostte Mosjee de toegang tot het Beloofde Land en om er zijn volk veilig en wel te kunnen binnenleiden. Want zijn opdracht was niet te zorgen dat er water kwam op welke manier ook, maar dat er water kwam precies op een door de Eeuwige voorgeschreven manier.
Kegels van rotskorrels
Dit was de opdracht die Mosjee had gekregen: “De Eeuwige zei tegen Mosjee: Pak de staf en laat de vergadering samenkomen, jij en je broer Aharon. Spreek tegen de rots terwijl zij toekijken, dat die water zal geven. Jij moet water uit de rots tevoorschijn laten komen en de vergadering en hun vee laten drinken” (verzen 7-8). Maar Mosjee wilde slaan met zijn staf. Waarom? Er zijn in de woestijn veel van elkaar verschillende soorten rots, die wij in onze taal ‘rots’ noemen. Er bestaat rots als een massieve wand, maar ook van losse rotsschilfers en ook aan elkaar geplakte rotsdeeltjes. Ook kunnen rotsdeeltjes zo klein als zandkorrels met elkaar zandkegels vormen, die rotsachtig van structuur zijn. Bij uitgedroogde watervallen, die in de winter in de woestijn, maar zeker in andere microklimaten nat gehouden worden, kunnen zich kegels van rotszand vormen die er droog uitzien.
Klein kunstje
Binnen die kegels op die plaatsen bevindt zich water. Als nomade weet je dat. Bedoeïenen bijvoorbeeld zijn goed op de hoogte van deze manier van water vinden. De Eeuwige weet het zeker ook. Die was bij dit soort structuren van fijne aan elkaar geplakte rots gaan staan. En Hij droeg Mosjee op tegen de rots te spreken. Als je slaat op dat soort kegels, komt er water uit, zoals bij Refidiem. Dat daaruit water tevoorschijn komt, gebeurt normaal gesproken niet als je tegen dat soort kegels spreekt. Maar dat was nu net de opdracht. Mosjee wilde misschien niet een mislukking veroorzaken, net nu hij een dorstige menigte tegenover zich had. En dus gebruikte hij de beproefde manier van water uit dat soort rots halen, door te slaan. Zo brak hij de kegelstructuren. Klein kunstje. Mosjee alle eer! Wat anders was geweest als hij had gesproken.
Vertrouwen wanneer het pad lijkt op te houden
Als de Eeuwige ons een opdracht geeft, waarbij we buiten de begaanbare paden moeten lopen, dan is de extra opdracht, dat we Hem vertrouwen, dat er toch resultaat komt. Vertrouwen wanneer het pad lijkt op te houden. Dat klinkt mooi, maar Mosjee voelde niet de luxe om dit uit te proberen, met de hete adem van zijn Midden-Oosterse broeders in zijn gezicht. De Eeuwige liet hem niet zijn volksgenoten over de grens van Kanaän brengen. Niet als straf, maar als een leerzaam gevolg van zijn ondermaatse geestelijke niveau, dat hoger was dan van wie dan ook op aarde. Zo streng is de Eeuwige voor Zijn leerlingen in de hogere klassen. Later zien we, dat Mosjee wel degelijk alsnog in Israël terechtgekomen is. Een paar duizend jaar na zijn overlijden bezoekt Mosjee zijn volksgenoten (zie Matteüs 17), wanneer hij samen met de profeet Elia en de Messias Yeshua verschijnt in stralend licht dat hoort bij mensen die toegang hebben tot G’ds Koninkrijk.
Lion S. Erwteman