Israëls feesten: middelen tot bevrijding

In een cyclus van vijf plus twee feesten heeft de G’d van Israël de zeven jaarlijkse stappen tot bevrijding van een mensenziel neergelegd. En omdat de Tora zowel over elk individu als over het hele volk Israël gaat is er ook sprake van de bevrijding van de volksziel van Israël. De twee latere feesten, Chanoeka en Poeriem, zijn toegevoegd om die bevrijding zowel op vreemde bodem – Poeriem – als op eigen terrein – Chanoeka – te beschrijven. De ziel van elk mens is het product van veel zaken, die elk een bepaalde richting opstuwen. Dan praten we niet over het sturende effect van een verharding van iemands hart, want dat is iets wat in bijzondere omstandigheden plaatsvindt. Bevrijding daarvan kost extra moeite en bijvoorbeeld de farao van Egypte is aan die bevrijding nooit toegekomen. Dit artikel loopt de vijf feesten na, zoals die zijn beschreven in de Tora – plus de twee feesten daarna – en gaat in op de overeenkomsten en verschillen van deze feesten, die als hemelse middelen jaarlijks hun invloed uitoefenen op de ziel van een mens. De drie najaarsfeesten komen we dan tegen in hun Bijbelse verband van het geheel van feesten.

Sjabbat als wekelijks feest
Het feit dat dit de Joodse feesten zijn heeft te maken met het leveringsadres, de berg Sinaï, en de geadresseerde, Mozes. Vanaf dat moment is het Israël dat deze feesten is gaan vieren. Het is belangrijk te beseffen dat bij de Joodse menigte rondom de berg Sinaï ook mensen van andere volken stonden. Dat maakt dat de feesten gegeven en bedoeld zijn voor Joden en niet-Joden. De lijst van de vijf feesten in de Tora, die te vinden is in Leviticus 23, begint met de Sabbat (Sjabbat). De feesten zijn jaarlijks terugkerende gebeurtenissen. En de Sjabbat is wekelijks, beginnend op vrijdag bij zonsondergang en eindigend op zaterdag na zonsondergang. De Sjabbat komt aan het einde van de zes dagen van de week en bevestigt de rust die de Eeuwige genoot en die Hij ons gunt. Het is een bevestiging van de aardse tijdrekening, waarbij ons leven is opgedeeld in weken die elk zeven dagen duren. Daar waar het getal 7 wordt overstegen door een opgedragen dag daarna, zoals bij besnijdenis op de achtste dag, wordt onze aandacht geleid naar de wereld die nog komen zal, de olam haba. Sjabbat herinnert ook aan de Uittocht uit Egypte het eerste van de vijf feesten in Tora, vanwege de rust die Israël mocht genieten na slavernij.

Bevrijding van zintuigelijke vervuiling
Elk feest heeft zijn eigen boek of tekst meegekregen, met de tekst waar het vermeld staat en als traditionele lezing. De bevrijding van een mens beslaat niet alleen het geestelijke terrein, maar ook het lichamelijke. We moeten onze reacties en ons impulsen leren kennen en beheersen. We dienen onze waarneming, wat we zien en horen, maart ook onze communicatie, wat we zeggen en hoe we luisteren, vernieuwen en verbeteren. Onze zintuigen moeten jaarlijks gekeurd worden. We hebben zeven zintuigen, te weten: smaak, reuk, gehoor, gevoel, gezichtsvermogen, evenwichtszin en proprioceptie (beheersing van spierspanning). Elk van onze zintuigen is herkenbaar in de feesten, ieder feest met zijn eigen zintuig. Besef van tijd is een Bijbelse opdracht die verbonden is met de feesten, omdat elk feest op een voorgeschreven datum gevierd hoort te worden. En de plaats wordt vaak genoemd of daarnaar verwezen, zie bijvoorbeeld Deuteronomium 12:5 (in het totaal zeven keer in Deuteronomium) en ook Nehemia 1:9. De tijdstippen corresponderen met de beste momenten waarop de Eeuwige ons kan bereiken voor het betreffende feest. Besef van G’d en Messias is de oproep die de Bijbel ons steeds weer laat horen en elk feest doet dat op eigen wijze. En de bevrijding met de daarbij horende aanleiding geven bij elk feest rijk inzicht.

Pesach
Het eerste feest dat de Tora noemt, na de instelling van Sjabbat in Genesis, is Pesach, in de Hebreeuwse maand Niesan. De tekst is te vinden in Leviticus 23:4-8. De viering is voorgeschreven in de Haggada sjel Pesach, kortweg genoemd Haggada (klemtoon op de laatste lettergreep). Pesach is verbonden met het getal 7, vanwege de zeven dagen dat het feest duurt. En met het getal 4, vanwege de vier stappen van bevrijding die met dit feest verbonden zijn. Er zijn speciale voorschriften voor het voedsel op de avond van de Uittocht: ‘Het vlees moeten zij dezelfde nacht eten. Ze moeten het eten op het vuur gebraden, met ongezuurde broden en bittere kruiden’ (Exodus 12:8). Dit maakt dat dit feest verbonden is met ons smaakzintuig, dat zich in de tong bevindt. En daardoor is de tong en zijn verkeerde en zegenende werking ook onderdeel van de bevrijding van dit feest. De voorbereiding tot bevrijding heeft te maken met omstandigheden als: slavernij, besef van behoefte aan externe hulp en het strippen van alle comfort door reis in woestijn. De bevrijding vindt plaats in vier stappen, uitgedrukt in vier bekers, gebaseerd op de tekst in Exodus 6:6-7, met als kernwoorden: uitleiden, redden, verlossen en aannemen.

De Uittocht werd afgesloten met de tocht door de Rietzee. Het Nieuwe Testament ziet deze Uittocht als een doop, zie 1 Korinte 10:2. Het oude leven in Egypte werd afgewassen, op dezelfde manier als het mikwe werkt, namelijk geen fysieke reiniging, maar een geestelijke. Het water van de zee sloot zich achter Israël, zoals een waterslot in een stankafsluiter onder een gootsteen. Het besef van Messias was er door het Pesachlam bij de eerste viering. Het bloed op de deuren was een teken voor Israël (Exodus 12:13). Besef van de Eeuwige groeide door de geruststelling dat Hij iedereen die het bloed van de lammeren op de deur had gesmeerd, zou sparen in een dodelijke tiende en laatste plaag. En het besef van tijd kwam door het tijdstip: nacht (Exodus 12:8) en door de haast die geboden was en het ongerezen brood. Het besef van plaats kwam door gedwongen verhuizing en reis naar Israël. Het klinkt gemakkelijk, maar het volledig veranderen van denken, van milieu, van verwachtingspatronen en karaktereigenschappen is bijzonder moeilijk. Onze vrije wil wordt er door beïnvloed en bevrijding is noodzakelijk.

Wekenfeest (Sjawoeot, Pinksteren)
Vijftig dagen na de tweede dag Pesach, volgens Leviticus 23:15-16, is het tijd voor het Wekenfeest, Sjawoeot (klemtoon op de laatste lettergreep) in de Hebreeuwse maand Siewan. Het is dan 50 dagen na Pesach. Zoals boven al gezegd duidt dit specifiek aangegeven getal 50 op de hemelse, geestelijke component die bij het bevrijdingsproces is toegevoegd. Dit feest viert namelijk de wetgeving op de berg Sinaï. En omdat de Wet, de Tora, een geestelijk document is volgens het Nieuwe Testament (‘Wij weten immers, dat de wet geestelijk is’; Romeinen 7:14) is de geest van de Eeuwige nodig om de waarde ervan te kunnen inschatten. Het boek dat, beter gezegd, de brief (megilla) die op dit feest wordt gelezen is Ruth. Naast de overeenkomst in oogsttijd van graan is de rehabilitatie van de berooide niet-Joodse weduwe Ruth een prachtig beeld van het betrekken van de niet-Joden bij het hemelse bevrijdingsproces. Vanwege de graanoogst, het maaien, dorsen en malen en de geuren die daarbij verspreid worden, is de neus het zintuig dat hiermee verbonden is. Via onze neus komen we weer in contact met de oorsprong van de broodbereiding, zoals die te lezen is in Genesis 3:19, ‘met het zweet op je gezicht moet je brood eten, totdat je terugkeert naar de aardbodem, omdat je daaruit genomen bent…’

Besef van de G’d van Israël wordt geholpen door Zijn komst op de berg Sinaï. Dat geeft tevens een besef van plaats. En we blijven aan die plaats herinnerd worden, doordat de dienst in de Tent van Samenkomst en later de Tempel en in onze tijd de Joodse gemeenten de gebeurtenis rond Sinaï blijvend in herinnering roepen. Besef van tijd ontstaat door het tellen van dagen en weken, zoals dat wordt opgedragen, zie Leviticus 23:15 en 16. Het feit dat tijd zo een belangrijke factor is dat die zo specifiek wordt aangegeven laat ons zien dat de Eeuwige daar waarde aan hecht. Dat betekent ook dat we daaraan niets mogen veranderen. De voorbereiding tot bevrijding door omstandigheden herkennen we in de eensgezindheid die Israël op dat moment toonde: ‘Het hele volk antwoordde eensgezind: Alles wat de Eeuwige gezegd heeft, zullen wij doen’ (Exodus 19:8, zie ook 24:7). Daar werkte ook de wonderbaarlijke ontsnapping aan het Egyptische leger met de wolkkolom en vuurkolom aan mee. En de bevrijding bij dit feest is het leren ruiken van levensgeur in tegenstelling tot een doodsgeur, zie 2 Korinte 2:15-16.

Feest van Bazuinen (Rosj Hasjana)
Na het voorjaar en de zomer komen in het najaar de drie herfstfeesten. De Hebreeuwse maand Tisjri bergt alle drie in zich. Vanaf de tweede dag wordt Psalm 27 gelezen. Volgens een midrasj hebben de woorden, ‘De Eeuwige is mijn licht’ (vers 1) betrekking op Rosj Hasjana. ’En mijn verlossing’ (vers 1) slaat op Grote Verzoendag, waarbij in het verlossing de naam van Yeshua herkenbaar is. En ’Want Hij zal mij verbergen in Zijn hut’ (vers 5) wijst naar Loofhuttenfeest en in het Hebreeuwse woord voor hut is het woord struikgewas aanwezig. Het getal van dit feest is 1, vanwege de jaarlijks terugkerende Hebreeuwse datum van 1 Tisjri. Dit getal is een hoofdkenmerk van de G’d van Israël: Hij is één, ook wanneer Hij zegt, ‘Laten wij mensen maken naar onze beelden en onze gelijkenissen.’ Voor mensen is het een getal dat onverdeeldheid aangeeft. Wie één is kan de Eeuwige met haar of zijn hele hart aanbidden, zoals we zeggen in Sjema. Het drukt herstel uit, van een vermenging van goed en kwaad naar eenheid. Het feest gaat over het komende oordeel van de Eeuwige over de mensheid.

Het gehoor is het zintuig van dit feest, mede vanwege het luisteren naar het geluid van de sjofar, de bazuin. Dat is het instrument van geestelijke strijd en overwinning. Het is het instrument van de Eeuwige die ons bijstaat en die voorziet, zoals dat gebeurde bij het bijna-offer van Jitschak. En de sjofar kondigt de komst aan van de messias. Besef van tijd bij dit feest komt doordat Sjmieta en Joveljaar (Leviticus 25:4 en 8-9) en ook Orla (Leviticus 19:23, ‘verboden’) vanaf dit feest worden geteld. Rosj Hasjana geeft het begin aan van de telling van jaren, nu inmiddels 5775. Besef van plaats door Abraham en het bijna-offer van zijn zoon Isaak op de plaats waar later de Tempel heeft gestaan. Besef van G’d is ondersteund doordat de Eeuwige onze Rechter is. Voorbereiding tot bevrijding ontstaat wanneer we beseffen dat we tekortschieten in het dienen van de Eeuwige en het respecteren van onze naaste. En besef van tekort schieten in gehoor geven aan het Sjema. Bevrijding komt wanneer we weer de waarde leren zien van gehoorzaamheid, een kunst die we zijn kwijtgeraakt in Gan Eden, het Paradijs.

Grote Verzoendag (Jom Kippoer)
Na de herinnering aan de komende Dag van de Eeuwige komt het herstel van onze relatie met Hem, op Grote Verzoendag. De lezing die bij dit feest hoort is het boek Jona, vanwege de verzoening die ontstond toen het afgodische Nineve zich liet corrigeren, iets waar sommige gelovigen iets van kunnen leren. Het getal van dit feest is ook 1, net als Feest van de Bazuinen, dat tien dagen eerder plaatsvindt. Jom Kipper valt op 10 Tisjri en 10 = 1 + 0 = 1, herstel naar eenheid en besef van verzoening. Het zintuig behorend bij dit feest is ons gevoel, de huid, met tastzin, warmte en pijn voelen. We hebben inmiddels door de feesten onze eigen pijn (Pesach) en die van het offer van de Messias leren voelen. Besef van tijd: het najaar is net begonnen en de natuur begint terug te keren naar kou en dagen met een afnemende hoeveelheid licht, als herinnering aan sterven. Het besef van plaats bij dit feest, dat met gevoel te maken heeft in verband met relatieherstel, is onze ziel. Die wordt vaak toegesproken in Tenach, namelijk 174 keer, in vergelijking met 33 in het Nieuwe Testament (in het totaal 207 keer). Ons besef van G’d op dit feest is Zijn vergeving en goedkeuring en herstel van onze ziel. we worden voorbereid op die bevrijding door ons groeiende besef van de gebroken relatie met de Eeuwige, Hij is Eén, wij zijn eenzaam. En onze bevrijding bestaat uit: leren invoelen, gevoelig zijn, aanvoelen, emotionele bevrijding door in te zien dat intellectuele argumenten een ander gebied bestrijken dan gevoel. Beleving en emotie krijgen hun plaats.

Loofhuttenfeest (Soekot)
Het vijfde en laatste feest genoemd in de Tora is het Loofhuttenfeest. We bouwen hutten en maken een speciaal boeket, de loelav, bestaande uit een palmtak, mirtetakken, wilgentakken en een citrusvrucht, de etrog, om daarmee te zwaaien tijdens de dienst en vrolijk te zijn, volgens Bijbels voorschrift, zie Leviticus 23:40. Het boek waaruit wordt gelezen tijdens het feest, is Kohellet, Prediker (klemtoon op de tweede lettergreep), met het laatste vers voor ogen: ‘Tenslotte. Alles is gehoord. Heb ontzag voor de Eeuwige en onderhoudt Zijn geboden. Want dit is de hele mens’ (Prediker 12:13). Het bij dit feest behorende getal is: 15, vanwege de datum van 15 Tisjri. 15 = 5+1 = 6, het getal van de zwakke mens die op de zesde dag geschapen is. Het zintuig bij dit feest is ons gezichtsvermogen, waarvan de ogen het meest bekend zijn.

Net als bij gehoor, smaak, reuk en gevoel behoren hierbij ook die delen van onze hersenen waar ons geheugen ligt opgeslagen van deze zintuigen. Onze ogen moeten ook gereset worden. Daar ging het fout, toen Eva, in de hof met de mooie bomen, zich liet verleiden door haar ogen. Besef van tijd: de natuur sterft, de planten slapen en staan weer op in het voorjaar. Besef van plaats: onze band met de familielijn en met Mosjee en Elia. Om dit te begrijpen lezen we Matteüs 17:1-4, ‘Zes dagen later nam Yeshua Petrus, Jaäkov en zijn broer Jochanan mee. Hij leidde hen een hoge berg op, in de eenzaamheid. Zijn gedaante veranderde voor hun ogen en zijn gelaat straalde gelijk de zon en zijn klederen werden wit als het licht (zintuig: de ogen!). Mozes en Elia verschenen voor hen, die met Hem spraken. Petrus zei Yeshua: Meester, het is goed, dat wij hier zijn. Als U het wilt, zal ik hier drie loofhutten bouwen, één voor U, één voor Mosjee en één voor Eliahoe.’

Waarom drie loofhutten? Omdat de profeet Zacharia laat weten (14:16) dat bij de zichtbare komst van het Koninkrijk van G’d dit feest gevierd zal worden. Besef van G’d is dat in deze afsterving laat G’d de kracht van eeuwig leven en Zijn Koninkrijk zien. Voorbereiding tot bevrijding komt door het besef van breekbaarheid en zwakheid in de breekbare loofhut. De ware bescherming komt van de Eeuwige. Bevrijding ligt in het besef dat we ons mogen overgeven aan Hem die het sterfproces en opstanding leidt en onze onzekerheid wegneemt, wanneer wij onze krampachtige zucht naar controle loslaten.

Chanoeka
In 167 voor de gangbare jaartelling heeft de oorlog op Israëls eigen bodem plaatsgevonden, waarbij Makkabeeën de leiding hadden. Te lezen in 1 en 2 Makkabeeën, een deel van de geschiedenis van Israël. De opdracht om dit feest te vieren is op te maken uit de woorden in 1 Makkabeeën 4:56-59, ‘Acht dagen lang vierden zij het feest van de altaarwijding … In overleg met zijn broers en de hele volksvergadering van Israël bepaalde Judas dat ze, zolang ze leefden, het feest van de altaarwijding jaarlijks acht dagen lang in vreugde en blijdschap zouden vieren, te beginnen op de vijfentwintigste van de maand Kislev.’ Vandaar dat we dit feest ook tegenkomen in het Nieuwe Testament, ‘Toen brak het Vernieuwingsfeest aan in Jeruzalem. Het was winter’ (Johannes 10:22). Het feest betekent herstel van vernedering en onderdrukking en van trauma’s als moord op besneden jongetjes met samen hun moeder van de stadsmuren werden geduwd. Het zintuig bij dit feest is de evenwichtszin. Het niet meer rechtop mogen lopen, maar gebukt moeten gaan onder overheersers zonder Uittocht vanuit een vijandelijk land vroeg om genezing in verticale richting, niet in reizende, horizontale beweging. Die genezing en troost is nog steeds nodig.

Poeriem
Een oorlog die op vreemde bodem tegen Israël is gestreden, is die waarin de Perzen onder leiding van Haman genocide aan het uitvoeren waren op Israël dat daar in ballingschap naar toe was geporteerd. Het boek dat, de brief (megilla) die gelezen wordt is Ester. De Bijbelse oproep om ook dit feest te vieren is te vinden in 9:21 en 27. Het zintuig hiermee verbonden is onze proprioceptie, die ons onder meer in staat stelt onze horizontale beweging, door voortdurend gemeten spierspanningen en rek in pezen, te beheersen. Die horizontale beweging is nodig om, net als bij de eerste Pesach, het gevaar te ontvluchten en terug te keren naar eigen terrein. En de bevrijding ligt in het leren herkennen van G’ds ingrijpen. Zijn naam en aanwezigheid wordt weggelaten in deze tekst. Maar voor de kenners is Hij aanwezig.

Lion S. Erwteman
Rosj Kehilla van Beth Yeshua, Amsterdam